Een nieuw klimtouw kopen is zoiets als een nieuw telefoonabonnement afsluiten. Er zijn ontelbare mogelijkheden voor ontelbare doeleinden.
Van al die keuzes kan je zomaar de moed verliezen en geen zin meer hebben om verder te kijken. En zelfs als je anderen om hulp vraagt, krijg je gauw te maken met veel verschillende meningen.
In dit blogartikel geven we je wat opheldering en leggen je uit welke soorten touwen er zijn. Wat is nu precies het verschil tussen enkeltouwen, dubbeltouwen en tweelingtouwen? En waarvoor is welk touw nu het meest geschikt?
De verschillende soorten touw
In de eerste plaats kan je een onderscheid maken tussen de twee ‘basistouwtypen’: het statische en het dynamische touw.
Statische touwen
Statische touwen of touwen met lage rek zoals ze ook wel worden genoemd, worden gebruikt als de belasting puur statisch is. Dat is bijvoorbeeld het geval bij bergredding of als je het touw als hulptouw gebruikt. Een statisch touw heeft een zeer geringe rek (max 5%). Het is dus strikt genomen slechts een semi-statisch touw, maar onder klimmers wordt het meestal een statisch touw genoemd.
Statische touwen mogen in geen geval gebruikt worden om te klimmen (ook niet bij het voorklimmen of topropen)! Door de geringe rekbaarheid kunnen er al ernstige verwondingen optreden bij valpartijen met valfactor!
Dynamische touwen
De tegenhanger van statische touwen zijn dynamische touwen die door hun gedraaide vezels rekbaar zijn. Door deze rekbaarheid zijn ze in staat de energie die vrijkomt bij een val op te vangen. Zonder deze eigenschap zouden bij een val zeer grote krachten op een klimmer inwerken. Een dynamisch touw kan dus de krachten opvangen die tijdens een val ontstaan en daardoor verwondingen voorkomen.
Hoe groter de rekbaarheid, hoe meer kracht er wordt opgevangen. Toch mag de rekbaarheid in het algemeen niet meer dan 40% zijn, omdat het risico anders te groot is dat je de grond raakt.
Soorten dynamisch touw
Binnen de toepassingsgebieden van de verschillende touwen kan je overlappingen vinden. Toch hebben we geprobeerd om de touwen aan afzonderlijke disciplines toe te wijzen.
Enkeltouw
- Gebruik: sportklimmen in de indoorhal of aan de rotswanden, ijsklimmen, alpine tochten
- Symbool: cirkel met een 1
- ca. 8,7 tot 11 mm
- 51 – 85 g/m
- Normvallen: ten minste 5 bij 80 kg (maak je geen zorgen, een echte normval kan je bij gemiddeld gebruik bijna niet halen)
- statische rek 8 – 10%
Enkeltouwen worden hoofdzakelijk gebruikt bij het sportklimmen in de hal, in het klimbos of bij het ijsklimmen. Ze zijn comfortabel en gemakkelijk te hanteren en zijn dankzij hun grote diameter robuust en duurzaam. Niet alleen de diameter bepaalt de levensduur van het touw, maar ook de verhouding tussen de mantel en de kern. Hoe hoger het percentage mantel, hoe slijtvaster en duurzamer het touw. Bij de producteigenschappen van een touw wordt dit percentage altijd aangegeven.
Als je veel binnen klimt of gaat topropen, moet je ervoor zorgen dat je een hoog percentage mantel hebt, want bij deze klimdisciplines wordt het touw sterk belast.
Hoe dikker een enkeltouw, hoe beter het bestand is tegen slijtage. Wel neemt met elke extra millimeter de wrijving toe. Dat geldt zowel in de tussenzekeringen als in het zekeringsapparaat zelf en maakt het klimmen zwaarder. Als je veel voorklimt en lange routes aflegt, heeft een kleinere diameter de voorkeur. In dat geval heb je minder last van wrijving en weegt het touw minder, zodat je krachten spaart.
Voor beginners is het een goede richtlijn om een touw te kopen met een diameter van meer dan tien millimeter.
Veel enkeltouwen hebben een middenmarkering. Dit zorgt ervoor dat je als voorklimmer niet hoger klimt dan de helft van de totale hoogte. Als je vaak verschillende klimbossen bezoekt, zijn „bicolor”-touwen aan te bevelen. De helften zijn elk verschillend gekleurd, waardoor het midden van het touw duidelijk herkenbaar is en ook blijft na langer gebruik. Middenmarkeringen dienen hetzelfde doel, maar zijn vaak niet meer zo goed te herkennen na langdurig gebruik.
Het komt regelmatig voor dat enkeltouwen ook worden gebruikt tijdens tochten in het hooggebergte, bijvoorbeeld wanneer een stuk van de route over rotsen moet worden geklommen. Voor dit doel kan je het beste kiezen voor een dun enkeltouw, omdat dit minder weegt.
Dubbeltouwen
- Gebruik: alpine, mixed en ijsklimmen, gletsjertochten, tochten in het hooggebergte, traditioneel klimmen
- Symbool: cirkel met 1/2 erin
- ca. 7,5 – 9 mm
- 40 – 55 g/m
- Normvallen: ten minste 5 bij 55 kg
- statische rek 12 %
Dubbeltouwen worden hoofdzakelijk gebruikt voor alpine klimmen, tochten in het hooggebergte en traditioneel klimmen. Bij dubbeltouwen maak je gebruik van twee verschillende touwstrengen, wat de redundantie verhoogt. De kans dat beide touwen tegelijk breken door vallend gesteente of een scherpe rand is namelijk zeer klein.
Het grootste voordeel van dubbeltouwen is dat je de volledige lengte kunt gebruiken om te abseilen (60 m enkeltouw = 30 m om te abseilen; 2 x 60 m dubbeltouw = 60 m om te abseilen). Dat kan handig zijn als je een route vroegtijdig wilt afbreken. Het is echter niet altijd nodig om dubbeltouwen in een dubbele streng te gebruiken. Op een gletsjer bijvoorbeeld, waar geen ‘zware’ val te verwachten is, kan je er gerust voor kiezen slechts één streng te gebruiken. Wel is het belangrijk dat het touw is geïmpregneerd, want een nat touw is niet alleen veel zwaarder, maar ook moeilijk hanteerbaar (vooral wanneer het bevriest). Het is daarnaast minder belastbaar.
Het alternatief voor deze halftouwtechniek is de tweelingtechniek: hier zijn beide touwen altijd ingeclipt in dezelfde klimsetjes.
Tweelingtouwen
- Gebruik: alpine sportklimmen. Alleen te gebruiken in dubbele streng!
- Symbool: cirkel met twee in elkaar lopende cirkels (een soort liggende 8)
- vanaf 6,9 mm
- vanaf 35 g/m
- Normvallen: dubbele streng 12 bij 80 kg
Tweelingtouwen zijn uitsluitend iets voor klimexperts. Ze worden gebruikt op tochten waar elke gram telt, meestal bij extreme rotspassages, mixed klimroutes of ijsklimroutes. Zij worden alleen in dubbele streng gebruikt, want anders is het risico dat de touwen breken te groot. Ook bij het topropen mag uitsluitend met twee strengen worden gezekerd. Bovendien moet je ervoor zorgen dat de strengen altijd parallel in het tussenliggende zekeringspunt worden geclipt.
Wandeltouwen
Dit zijn touwen die in korte lengtes worden verkocht en vooral worden gebruikt ter ondersteuning van de gemoedsrust, wanneer je met kinderen op pad bent. De dikte van het touw (ca. 8 mm) is voldoende om je aan vast te houden als je iets uitglijdt of om je eraan op te trekken. Meer belasting kan het touw niet aan. Een dubbeltouw of enkeltouw is universeler, maar die worden niet in korte lengtes verkocht.
Een wandeltouw mag nooit worden gebruikt om te klimmen, ongeacht de discipline!
Geïmpregneerde touwen
Klimtouwen die veel in de natuur worden gebruikt, worden blootgesteld aan talrijke weersinvloeden zoals vocht, uv-straling en vuil. Afhankelijk van hoe lang het klimtouw wordt blootgesteld, kunnen deze weersomstandigheden een touw aantasten. Vocht laat al na zeer korte tijd sporen achter, terwijl vuil en uv-straling na een langere periode pas inwerken op het touw.
Vocht kan je nog vrij goed vermijden (in ieder geval bij het sportklimmen), maar dat wordt al moeilijker met stof en zon. Als je weet dat je een touw vaak in de buitenlucht zult gebruiken, is het raadzaam een geïmpregneerd klimtouw te kopen. Bij deze touwen wordt de impregnatie rechtstreeks op de onderdelen van het touw aangebracht tijdens het fabricageproces. Deze manier van impregneren is gewoonlijk zeer duurzaam en gaat in het beste geval even lang mee als het touw zelf. Als de impregnatie van een klimtouw versleten is, kan deze niet worden vernieuwd. Het is geen goed idee om een klimtouw op eigen houtje met impregneermiddel te behandelen.
De juiste touwlengte
Klimtouwen zijn verkrijgbaar in standaardlengtes tussen 20 en 200 meter. Wanneer je de lengte van het touw kiest, moet je eerst goed weten waarvoor je het hoofdzakelijk zal gaan gebruiken. Voor indoorklimmen of een alpine tocht? Een tocht in het hooggebergte of in het klimbos? Bij rotsklimmen is het slim om de topo te bekijken. Hoe lang is de route? Zijn er abseilpunten en zo ja, over welke lengte moet je abseilen? Veel klimgidsen vermelden de aanbevolen lengte van het touw, maar als algemene regel geldt dat je voor outdoorklimmen een touw van 70 m kan aanhouden. Zo heb je in geval van nood nog reserve. In een klimbos met korte routes is 50 m vaak voldoende. Bij alpine multipitch tochten met lange stukken abseilen en grote afstanden tussen de standplaatsen, heb je echter meer nodig. Met 80 m of zelfs 100 m touw klim je dan veilig. Voor tochten in het hooggebergte worden vaak kortere touwen gebruikt, omdat je zo minder gewicht meedraagt. Natuurlijk is de lengte van het touw ook afhankelijk van de grootte van de touwgroep. Daarnaast kan voor het nazekeren bij het klettersteigen of voor het wandelen eveneens een kort touw worden gebruikt. Touwen van 30 m zijn hier perfect.
Klimhallen worden steeds groter en hoger en daarom kan je hier beter niet kiezen voor een touw dat korter is dan 50 m. Neem zo nodig vooraf contact op met de klimhal en vraag om advies of kijk op de website van de desbetreffende hal. Meestal wordt de aanbevolen touwlengte hier ook genoemd.