Karabiners zijn de vergeten helden van het klimmen. Ze redden dagelijks duizenden levens, maar worden vaak onvoorzichtig behandeld en krijgen niet het geringste teken van dankbaarheid of respect voor hun ingenieuze vorm en functie. In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, dient een karabiner niet alleen om ermee een waterfles aan de buitenkant van een rugzak te bevestigen, om een portemonnee aan een riem te vast te maken of om de lijn voor de hond aan de halsband te bevestigen. Karabiners zijn gemaakt voor veel belangrijkere dingen. Ze stellen klimmers in staat als het ware alles te doen: van het vastmaken van het klimtouw aan het zekeringsapparaat, tot het vervoeren van uitrusting, en tot het zekeren tegen vallen. Zij zorgen ervoor dat wij ons veilig en efficiënt op een verticale wand kunnen voortbewegen.
Wie heeft de karabiner uitgevonden?
Karabinerachtige constructies kwamen al in de 17e eeuw voor. In de klimsport werd de karabiner echter pas voor het eerst gebruikt aan het begin van de Eerste Wereldoorlog door de Duitser Otto Herzog. De eerste karabiners wogen in die tijd nog een fikse 130 gram. Vandaag de dag wegen ze dankzij technische ontwikkelingen misschien nog 30 gram bij volledige belastbaarheid én zien ze er ook nog eens beter uit.
Bovendien vind je ze tegenwoordig in tientallen vormen, ontwerpen en modellen, die in de klimwereld voor verschillende doelen en toepassingen dienen.
De opbouw van een karabiner
Snapper: het deel van de karabiner dat open en weer dichtgaat.
Rug / lange zijde: de langste zijde van de karabiner ligt tegenover de sluiting.
Neus: het deel waarin de snapper vastklikt om de karabiner te sluiten.
Boog: bevindt zich boven de opening. Bij het zekeren loopt hier het touw over.
Breedte van de opening
Geeft de grootst mogelijke afstand aan tussen de snapper en de neus in geopende stand. Deze handige informatie geeft je een beeld van hoe gemakkelijk een karabiner bijvoorbeeld kan worden vastgeclipt of hoeveel materiaal eraan kan worden gehangen. Deze info is met name belangrijk voor klimmers met grote handen of voor wie handschoenen draagt, zoals tijdens het ijsklimmen.
Dwarsbelasting
In het ideale geval worden karabiners in de lengterichting belast, want daar kunnen ze de zwaarste last aan. In sommige gevallen ontstaat er echter spanning op de rug en de sluiting. Dit wordt dwarsbelasting genoemd. Slecht is dit niet per se, maar karabiners hebben hier een duidelijk lagere breeksterkte (7 kN in plaats van 20 kN). Daarom moet je voorzichtig zijn en deze belasting zoveel mogelijk vermijden.
Open belasting
Open belasting betekent dat de karabiner wordt belast met open sluiting. Dit kan voorkomen wanneer de karabiner niet goed is ingehaakt en alleen maar aan het haakje (de neus) hangt of wanneer een uitstekende steen tegen de snapper drukt. Er zijn ook nog andere manieren waarop deze situatie kan ontstaan. De meeste gevallen zijn vrij zeldzaam, maar toch komen ze voor. En dat is nooit goed, want geopende karabiners hebben een lage breeksterkte (6 KN) en breken dus gemakkelijker.
De snapper
De snapper bestaat als compacte variant of als draadsnapper. De compacte versie bestaat uit een sluiter die automatisch wordt gesloten door een veer.
De draadsnapper ziet er fragieler uit dan zijn compacte collega, maar is het niet. Het voordeel bij dit type is dat deze door zijn lage gewicht en de spanning in de ijzerdraad niet opengaat bij een klap van het klimsetje tegen de rots (wat de andere snapper wel doet). Zo is de kans duidelijk kleiner dat de karabiner wordt belast wanneer hij openstaat.
Recht of gebogen
Draadsnappers en de traditionele variant zijn er in een rechte en een licht gebogen uitvoering. De rechte versie (straight) wordt meestal gebruikt voor de karabiner die in de boorhaak wordt gehaakt. Gebogen snappers (bent) zijn iets gemakkelijker om vast te clippen en komen daarom vaak voor aan het deel van het klimsetje dat aan het touw wordt bevestigd.
Bij een klimsetje moet je steeds dezelfde karabiner aan de boorhaken gebruiken en de andere aan het touw. Veel setjes hebben daarom twee verschillende karabiners, zodat je ze goed uit elkaar kunt houden. Het kan ook zijn dat de ene karabiner van een klimsetje een rechte snapper heeft en de andere gebogen is.
De neus
Het gedeelte waar de snapper en de boog samenkomen en de karabiner wordt gesloten is zeer belangrijk, en dat niet alleen voor de breeksterkte, maar ook voor het gebruiksgemak. Veel karabiners hebben een haakje waarin een staafje van de snapper haakt. Via dit staafje verkrijgt de karabiner zijn sterkte bij belasting in de lengterichting.
Het kleine haakje kan echter voor problemen zorgen, want hiermee kan een karabiner bij het vast- of losmaken blijven hangen. Als de haak aan een materiaallus van je klimgordel blijft hangen, is dat niet zozeer erg, maar wel vervelend. Blijft het haakje aan een boorhaak hangen, kan het gevaarlijker worden. Dit wordt een nose hook genoemd. Bovendien kan het erg lastig zijn om een overhangende route met dergelijke karabiners af te leggen.
Om dit probleem te omzeilen, werd de keylock uitgevonden. Hier past de versterkte neus als een puzzelstukje in de snapper. Aanvankelijk was dit type sluiting niet mogelijk bij draadsnappers, maar intussen zijn hiervoor soortgelijke systemen ontwikkeld, zoals bij Hot G3 Wire Carabiner van Salewa.
Grootte en gewicht
Tegenwoordig zijn er karabiners in alle vormen, maten, gewichts- en prijsklassen en kleuren. De grootte is eigenlijk niet zozeer van belang. Het is meer een kwestie van smaak en alleen interessant als voor jou echt elke gram telt. Heb je tijdens je beklimming tien klimsetjes aan je gordel hangen, dan merk je uiteraard wel een verschil, maar echt belangrijk wordt dat pas voor professionals.
Over het materiaal
Voor karabiners wordt meestal aluminium of staal gebruikt. Stalen karabiners zijn weliswaar extreem sterk en duurzaam, maar ook relatief zwaar. Aluminium karabiners zijn een stuk lichter en tegelijkertijd stevig genoeg om er meerdere jaren op te kunnen vertrouwen, maar ze gaan minder lang mee.
Stalen karabiners worden eigenlijk alleen nog gebruikt voor speciale toepassingen, bijvoorbeeld waar zeer hoge belastingen voorkomen, zoals bij klimsetjes die permanent in een klimhal hangen. Aluminium modellen mogen nooit voor vaste zekeringspunten worden gebruikt!
De sterkte
Een karabiner is ontworpen voor het klimmen en zo gemaakt dat hij bestand is tegen de krachten die daarbij normaal gezien optreden. Je hoeft je daarom geen zorgen te maken over de belastbaarheid van karabiners, tenminste als ze voldoen aan de Europese norm (EN 12275) of de specificaties van de UIAA. Je herkent dit aan de CE- en UIAA-markeringen op de lange zijde van de karabiner. Volgens deze twee normen bedraagt de minimale belastbaarheid van een karabiner:
- in de lengte: 20 kN
- dwars: 7 kN
- open: 6 kN
Sommige karabiners overtreffen echter de standaardvereisten. Daarom graveert elke fabrikant graag de waarden van het desbetreffende model in zijn karabiners. Er worden altijd drie waarden gegeven: sterkte in de lengterichting, sterkte in de dwarsrichting en sterkte met geopende snapper.
Bij de keuze van een karabiner is de belastbaarheid meestal niet het belangrijkste criterium, aangezien alle klimkarabiners veel meer kunnen dragen dan we normaal gesproken van ze verlangen. Als je echter niet kunt kiezen tussen twee karabiners, dan zou dit criterium een belangrijkere rol moeten spelen dan bijvoorbeeld de kleur.
De verschillende vormen
OVALE KARABINERS Dit was de vorm van de eerste karabiners en wordt nog steeds door sommige fabrikanten geproduceerd. Bij het klimmen worden ze nog maar zelden gebruikt. Met deze karabiners kun je weliswaar een relatief grote hoeveelheid materiaal vervoeren, maar ze zijn iets minder belastbaar, zwaarder en ook moeilijker te gebruiken dan andere karabiners. Toch zijn er toepassingsgebieden waar ze wel nog vaak worden gebruikt, zoals bij het boomklimmen of het industrieel klimmen. | |
TRADITIONELE D-VORM D-vormige karabiners waren de tweede stap in de ontwikkeling. Door hun vorm zijn ze sterker dan ovale karabiners en tegelijkertijd gemakkelijker in gebruik. | |
ASYMMETRISCHE D-VORM Nu wordt het interessanter. Met deze karabiners kun je eigenlijk alles doen! Ze mogen daarom niet ontbreken in je assortiment karabiners. De asymmetrie maakt een zeer hoge belasting mogelijk en reduceert het gewicht. Hierdoor zijn deze karabiners ook weer een stuk lichter dan hun voorgangers. De asymmetrie zorgt bovendien voor een grotere opening en dus voor meer gebruiksgemak. | |
HMS OF PEERVORMIGE KARABINERS Op basis van hun breeksterkte kun je deze karabiners in principe voor alles gebruiken, maar eigenlijk zijn ze bedoeld voor gebruik in combinatie met een zekeringsapparaat. De grote boog biedt voldoende ruimte voor het zekeren met een HMS of halve mastworp, vandaar de naam. Opgelet, niet alle HMS-karabiners mogen worden gecombineerd met alle zekeringsapparaten. Let hiervoor op de specificaties van de fabrikant. | |
BEVEILIGD OF NIET-BEVEILIGD Karabiners kunnen in principe worden ingedeeld in twee groepen: beveiligde en niet-beveiligde karabiners. De karabines uit de tweede groep kunnen op elk moment worden geopend door ertegen te drukken. Bij de beveiligde karabiners wordt de sluiting door een mechanisme geblokkeerd. Om deze karabiners te kunnen openen, moet je dus eerst de sluiting deblokkeren. | Links: beveiligd, rechts: niet-beveiligd |
AUTOMATISCHE VERGRENDELING OF NIET Bij de beveiligde karabiners wordt wederom een onderscheid gemaakt tussen karabiners met een automatische vergrendeling en een manuele vergrendeling. In het geval van een automatische vergrendeling wordt de sluiting van de karabiner geblokkeerd zonder dat je zelf iets hoeft te doen. Voorbeeld hiervan is de Sender Twistlock Carabiner van Mammut. Deze soorten karabiners zijn verkrijgbaar verschillende uitvoeringen en ook hier geldt dat ze niet allemaal geschikt zijn voor elk zekeringsapparaat. | Links: geen automatische vergrendeling, rechts: automatische vergrendeling |
EXTRA BEVEILIGDE SYSTEMEN Een extra beveiligd systeem kan niet vanzelf opengaan. Andere systemen kunnen dat wel, door bijvoorbeeld trillingen (schroefsluiting). Het klinkt onwaarschijnlijk, maar het is toch al een paar keer voorgekomen. Daarom mogen bijvoorbeeld twistlockkarabiners niet worden gebruikt voor het zekeren met een HMS. | Links: de Keylock, rechts een snapper met neus |
En welke moet je nu kiezen?
Beslis eerst voor welke vorm je gaat: een gewone karabiner of HMS, een beveiligde of niet-beveiligde, met keylock of met gewone neus, met compacte snapper of met draadsnapper? De doorslaggevende factor is hier waar je de karabiner precies voor nodig hebt. Ga je hem gebruiken als zekeringskarabiner, aan een klimsetje of als materiaalkarabiner? Moet je de karabiner met één hand kunnen openen en sluiten of heb je liever beide handen vrij?
En de kleur? Deze is in sommige gevallen wel degelijk van belang, bijvoorbeeld als je aan beide uiteinden van een klimsetje hetzelfde model van karabiner gaat gebruiken, en graag meteen wilt zien welke aan het touw moet worden vastgemaakt. Bij de organisatie op de standplaats is het ook gemakkelijk wanneer je de karabiners aan de hand van de kleur uit elkaar kunt houden: welke karabiner is voor de zelfzekering, welke voor het zekeringsapparaat, enzovoort.
In het begin is het zinvol om verschillende karabiners uit te proberen en te zien welke het beste is voor jou en waar jij het beste mee overweg kunt.